In de laatste week van januari kwam een vriendin van ons even langs. Nadat wij gezellig hadden gekout en thee gedronken, vertrok zij weer op de fiets naar Wieringerwerf. Bij haar vertrek zei zij: ‘Ik heb al sneeuwklokjes in de tuin’. Dat is altijd leuk, zo’n eerste waarneming die toch het einde van de winter aangeeft.
Ik zocht ook naar dit fraaie plantje, maar helaas hier nog geen groenen blaadjes met witte klokjes met de luxe naam: Galánthus nivális. De latinisten onder u zullen het woord ‘nivalis’ zeker herkennen, het betekent ‘sneeuw’. En de geslachtsnaam ‘Galánthus’ is een samenstel van het Griekse ‘gale’ hetgeen melk betekent en het woord ‘anthos’ dat in dezelfde taal staat voor ‘bloem’. Met deze wijsheid bent u de gymnasiasten even de baas.
Er zijn talloze volksnamen voor dit graag geziene klokje. Als u relaties heeft op Goeree en Overflakkee dan zou u de naam: ‘Febrewarigekje’ mogelijk kennen. Mensen uit de Achterhoek kennen de ‘Vastenavondzotjes’. In de boeken wordt gemeld dat dit plantje op 2 februari zou moeten bloeien. Op die dag vieren de Katholieken ‘Maria Lichtmis’. Dit is het moment dat Jezus in de tempel wordt opgedragen aan God. Dat de Engelsen er de naam Candlemass Bell aangeven. Is nu niet meer vreemd. Het Lichtmisklokje.
U snapt dat ik de afgelopen dagen speurde naar het eerste sneeuwklokje in onze tuin. En zie op 2 februari zag ik dicht tegen de heg aan ons eerste sneeuwklokje. Het gaf een plezierig gevoel. De lente zal ook dit jaar weer komen.