100 jaar Zuiderzeewet – Deel 5: De regio van IJsselmeer verandert
Honderd jaar geleden werd het startsein gegeven voor ’s werelds grootste waterbouwkundig project ooit. Het Nederland van 1918 kende geen Afsluitdijk, geen IJsselmeer polders. Maar het aanvaarden van de Zuiderzeewet zou hier verandering in brengen. De plannen van ingenieur Cornelis Lely kwamen ten uitvoer. Dit was de start van de Zuiderzeewerken! Dit jaar staat dan ook in het teken van 100 jaar Zuiderzeewet.
Deel 5: De regio van IJsselmeer verandert
Van Zuiderzee naar IJsselmeer. Dat brengt grote veranderingen met zich mee. Voor de natuur, de visserij, de mens en het grondgebruik in de wijde regio.
Van visser tot boer
Rond 1900 is de Zuiderzeevisserij op zijn hoogtepunt. Zo’n 3000 boten varen dagelijks op de binnenzee om vis binnen te halen. De Afsluitdijk is in 1932 gereed, de voormalige Zuiderzee is dan het grote IJsselmeer. Zout water wordt langzamerhand zoet water.
In 1934 is het water al bijna geheel verzoet door het water dat de rivier de IJssel aanvoert en door de afvoer van water door de spuisluizen in de Afsluitdijk. De zoutwaterdieren zoeken hun heil elders. De bruinvis en zeehond vertrekken al snel. De vissen haring, bot en ansjovis houden het iets langer uit in het zoete water. De paling, snoekbaars en spiering voelen zich gelukkig ook thuis in het zoete water. Toch betekent het voor de vissers uit de gehele regio dat ze niet meer, zoals eerder het geval was, van de inkomsten van de visserij kunnen rondkomen.
Al in 1901 demonstreert een groot aantal mensen tegen de plannen voor Zuiderzeewerken. Naast de vissers worden ook vishandelaren, scheepsbouwers en zeilmakers werkloos. In onderstaand filmpje zijn beelden van de bedrijvigheid van het toenmalige Zuiderzeestadje Spakenburg te zien. Ook de acties van de vissers in Den Haag laten zien hoe ingrijpend Plan-Lely met de Zuiderzeewerken is voor het hele gebied rondom de Zuiderzee.
De Urker visservloot verlegt haar werkgebied naar de Noordzee. Andere vissers gooien het over een andere boeg en worden boer of pluimveehouder. In 1925 wordt de Zuiderzeesteunwet van kracht. Deze wet zorgt ervoor dat vissers, die niet langer kunnen rondkomen, een uitkering kunnen aanvragen. Naast de schadeloosstelling is er door deze steunwet geld gereserveerd voor de pensionering. De Zuiderzeesteunwet is pas in 2005 buiten werking gesteld. In het onderstaande filmpje vertelt een visser wat het ontstaan van IJsselmeer en de inpoldering voor invloed heeft op het (vissers-)leven in het Gelderlandse Elburg.
Natuur en Recreatie
Bij de aanleg van de IJsselmeerpolders zijn er randmeren ontstaan, zoals het Veluwemeer, Gooimeer en Ketelmeer. Deze zijn een oase voor hengelaars, zeilers en andere watersportliefhebbers. Duizenden vogels vinden er hun voedsel. Ook de IJsselmeerkustgebieden in Noord-Holland en Friesland bieden de fiets, wandel- en watersportliefhebbers uitgebreide mogelijkheden om te recreëren. En natuurlijk Nationaal Park Nieuw Land.
Daarnaast is het hele IJsselmeergebied onmiskenbaar een tussenstop voor vogels tijdens hun trekvlucht van Afrika naar Noord Europa en vice versa. Dankzij de aanleg van de Houtribdijk, die van Enkhuizen naar Lelystad loopt, is in 1976 het Markermeer ontstaan. Deze waterkering scheidt het IJsselmeer van het Markermeer.
De polders als voedselvoorziening
De landbouwgronden die ontgonnen zijn door de Zuiderzeewerken zorgen voor vanaf nu voor een deel van de Nederlandse voedselvoorziening. In de jaren zeventig is er genoeg grond ontstaan om de voedselproductie op peil te houden.
Heeft men in de Noordoostpolder als agrariër de keuze tussen kavels van 12 tot 48 hectare grootte, in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland hebben de landbouwgronden een grotere omvang. De ontwikkelingen in de landbouw zorgen ervoor dat boeren meer gewassen kunnen verbouwen en dus meer ruimte nodig hebben. Een echt goede indruk van de maakbaarheid van Flevoland krijg je vanuit de lucht:
Bron: www.100jaarzuiderzeewet.com.